In 2025 moeten in 30 tot 40 grotere gemeentes zero emissiezones voor stadslogistiek zijn ingevoerd. Overal ontstaan nieuwe initiatieven op het gebied van duurzame stadslogistiek, maar een echte doorbraak blijft uit. Cilolab wil wél voor een doorbraak zorgen. Hoe gaan ze dat doen?

Vervoer over water, hubs aan de randen van de stad, meer samenwerking in de keten en data delen: overal in Nederland ontstaan op dit moment nieuwe initiatieven om stadslogistiek duurzamer te maken. Maar nergens is sprake van een echte doorbraak die overal in het land wordt doorgevoerd en opgeschaald. Hoe komt dit?

,,Tot nu toe ontbrak de urgentie”, zegt Hans Quak, lector Smart Cities and Logistics bij BUas en onderzoeker bij TNO. ,,Bovendien betekent duurzame stadslogistiek nogal wat voor bedrijven. Omschakelen naar volledig elektrisch aangestuurde wagens is duur. Bovendien is de actieradius van elektrische voertuigen niet altijd voldoende. En het is nog maar de vraag of er voldoende elektrische voertuigen zijn voor een volledige 1-op-1 omschakeling.”

Anders organiseren

Met de doelstellingen van het Nederlandse Klimaatakkoord 2018 is er nu wel een urgentie, stelt Quak. ,,Niemand wil immers dat we er in 2024 achter komen dat de steden niet meer bevoorraad kunnen worden of dat de afvalberg in de stad niet kan worden afgevoerd. Ook is het voor iedereen duidelijk dat het huidige systeem met dieselwagens niet meer werkt als je zero emissie zones in de steden wilt invoeren.”

,,Dit betekent dat de logistiek in de steden echt moet veranderen. De bedrijven zijn nu aan zet. Maar wat ga je doen?”, stelt Quak. “Hoe kun je de steden anders bevoorraden? En hoe kun je dat doen tegen relatief lage meerkosten – of zelfs tegen min of meer dezelfde kosten – op een duurzame manier? Daarvoor is het nodig om op een andere manier naar stadslogistiek te kijken, en andere organisatievormen te bedenken.”

Living Lab

Overal in het land experimenteren bedrijven weliswaar met alternatieve en duurzame stadslogistiek, maar echte doorbraken blijven uit en experimenten worden niet opgeschaald. Het onlangs opgerichte Cilolab, een living lab waarin 30 partijen uit bedrijfsleven, overheid en kennisinstituten samenwerken, heeft als missie wél voor doorbraken te zorgen die landelijk kunnen worden uitgerold. TNO is een van die partijen.

Onderzoek marktpotentie

Quak: ,,Het is nu belangrijk dat die markt voor duurzame oplossingen er inderdaad komt, en experimenten worden opgeschaald. Er is nu nog geen markt voor zero emissie logistiek. Daarin kunnen wij helpen, allereerst door een gedetailleerd inzicht in de stedelijke logistieke stromen en de marktpotentie van oplossingen te bieden.”

Inzicht in data

Concreet betekent dit dat alle partners van Cilolab nu data leveren, waarmee de onderzoekers inzicht krijgen wat er precies in de steden aan het rijden is.

,,Zo willen gemeentes bijvoorbeeld weten: over welke aantallen hebben we het en over welke stadslogistieke stromen. Op welke tijden rijden ze, welke routes nemen ze, hoe lang blijven ze waar ergens staan, en wat betekent dit voor het ruimtebeslag? Daarop kun je pas antwoord geven als je van private partijen precies weet wat ze doen.”

,,Voor ondernemers is het belangrijk te weten: hoe kom ik met mijn type oplossingen in contact met andere vervoerders of verladers, wat is de markt voor een bepaalde oplossing, hoeveel ruimte of alternatieve voertuigen heb je dan nodig, hoeveel stops ga je dan maken, wat kan ik investeren, wat kan ik vragen en wat heb ik nodig aan ruimte? Ook is het voor hen belangrijk om te weten wat de overheid wel of niet kan bieden.”

,,Overheid en bedrijven hebben elkaar daarin nodig”, stelt Quak. ,,Bedrijven hebben de overheid nodig om te weten wat wel en niet mag en kan, in beleid en randvoorwaarden; de overheid heeft bedrijven nodig om de klimaatdoelen te halen en inzicht te krijgen wat de (on)mogelijkheden zijn voor de markt.”

Stip aan de horizon

Quak: ,,We ontwikkelen een methode om deze data eenvoudig te verzamelen en te delen met andere steden. Ook experimenteren we met partners: wat werkt nu wel en niet, en wat zou een bepaalde oplossing voor hen betekenen? Daarnaast zoeken we zo veel mogelijk samenwerking met kennispartners, zodat iedereen niet steeds hetzelfde werk gaat herhalen.”

Stip aan de horizon – het onderzoeksprogramma van het living lab duurt 5 jaar – is geen blauwdruk of een reeks concrete oplossingen voor duurzame stadslogistiek. Wel moeten de resultaten een aanwijzing kunnen geven wat rendabele oplossingsrichtingen zouden kunnen zijn waarmee bedrijven verder aan de slag kunnen, legt Quak uit.

Ambitie Cilolab

,,We beginnen klein, maar willen groots eindigen. We willen uiteindelijk inzicht geven op welke locatie welke oplossingen voor welke branches zouden kunnen werken, en wat daarvoor de marktpotentie is. En ook: hoe vertaalbaar is een oplossingsrichting naar een andere locatie en wat is de potentie ervan voor een bepaalde stad? Dat is voor elke stad weer anders.”

 

NB: Dit artikel is gepubliceerd op het online platform De Ondernemer, december 2019.

De opdracht:
Het idee is door mijzelf aangedragen.

Afbeelding: door Pixabay

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Geverifieerd door MonsterInsights