AI is booming, en de gerelateerde mogelijkheden groeien met de dag, ook voor de zorg. Reden voor de NVMDL om een Commissie Digitalisering in het leven te roepen als kwartiermaker in de duizelingwekkende wereld van digitale mogelijkheden en de nu nog weerbarstige werkelijkheid van onder meer de implementatie ervan. Met dit artikel maakt de Commissie Digitalisering zich kenbaar als aanspreekpunt voor vragen, ideeën en meedenkers.

MDL-artsen en -verpleegkundigen die zich enigszins hebben verdiept in de mogelijkheden van digitalisering en AI zien een mooie toekomst gloren voor het MDL-vakgebied. Lid van de Commissie Digitalisering prof. dr. Jacques Bergman, hoogleraar gastro-enterologische endoscopie en hoofd van het slokdarmonderzoek aan het Amsterdam UMC, schetst een toekomstbeeld:

“Een significant deel van ons werk vindt plaats op de endoscopiekamers. Nu ben ik 60 procent van mijn tijd kwijt met registratiewerk achteraf – het verslag van mijn bevindingen van de scopie en de administratieve handelingen die daarbij nodig zijn. Dat kan aanzienlijk efficiënter met realtime verslaglegging door een computer. Een computer kan mij bovendien realtime feedback geven wanneer ik bijvoorbeeld iets over het hoofd zie, mijn scoop te snel terugtrek of iets onvoldoende heb schoongemaakt. De computer kan meteen ook meten hoe groot bijvoorbeeld een poliep is, het karakter ervan vaststellen, foto’s maken en je helpen met research als je iets raars ontdekt.”

“Stel je stuit tijdens een endoscopie op een vreemde zweer aan de bovenkant van de maag die we niet zo vaak zien. Het computersysteem zou dan snel kunnen schakelen, een 30 miljoen fotodatabase kunnen doorzoeken en binnen luttele seconden een suggestie doen. Bijvoorbeeld: deze honderd foto’s lijken het meest op waarnaar je nu zit te kijken, waarvan 30 procent een lymfoom, 20 procent tbc en 40 procent een maligniteit bleek te zijn. De computer vertelt je dan ook meteen wat je moet doen bij elk van deze drie bevindingen.”

“Het voordeel daarvan is dat je als endoscopist niet alleen je eigen referentiekader hebt – de beelden die je al eens hebt gezien of geleerd –, maar dat je ook gebruik kunt maken van een realtime wereldwijde database. Het gaat de kwaliteit van onze endoscopie enorm verhogen, evenals de efficiëntie binnen én buiten de scopiekamers. Daarnaast gaat het de kwaliteit onder endoscopisten uniformer maken: iedereen kan dan immers beschikken over dezelfde kennis, of je nu in een academisch ziekenhuis werkt of in een klein perifeer ziekenhuis waarin de MDL-artsen nog niet van de nieuwste inzichten op de hoogte zijn.”

Digitale poli-assistent
Ook Anne-Fré Swager, MDL-arts in het Alrijne Ziekenhuis en secretaris van de commissie, ziet een aantrekkelijk toekomstbeeld. “Ik droom al een paar jaar van een digitale poli-assistent, een robot die alle repetitieve handelingen voor jou kan doen, zoals een poli-notitie klaarzetten met uitslagen en aanvullend onderzoek efficiënter aanvraagt. De technische mogelijkheden hiervoor bestaan al: denk aan Robotic Process Automation (RPA) en een tool die realtime de anamnese in de computer zet. Maar door meerdere barrières zijn deze op dit moment helaas nog toekomstmuziek voor de dagelijkse praktijk in het ziekenhuis.”

Voorzitter van de commissie en MDL-arts in het Gelre Ziekenhuizen/Radboudumc, Govert Veldhuijzen: “Dergelijke tools bestaan al voor huisartsen. Een van de genomineerde zorginnovaties voor de zorginnovatieprijs op de recente ICT & Healthbeurs was een tool die het gesprek tussen patiënt en huisarts automatisch samenvat en in een bepaald format in het huisartsensysteem zet, zodat de arts zelf niet hoeft te typen.”

Commissielid Esmée Grobbee, MDL-arts in het Reinier de Graaf ziekenhuis en student Postgraduate Business Analytics & Data Science aan de VU Amsterdam: “De mogelijkheden hoeven inderdaad niet allemaal zo futuristisch te zijn. Er is nu al veel mogelijk met bijvoorbeeld Natural Language Processing (NLP), zoals het voorbeeld dat Govert noemt. Ook kan met deze technologie bijvoorbeeld de voorgeschiedenis van een patiënt worden verzameld en samengevat vanuit eerdere verslaglegging. Op die manier hoeft een arts niet meer op zoek te gaan naar informatie van andere specialismen. In zowel de administratielast als proces- en kwaliteitsverbeteringen zijn wat dat betreft, ook op korte termijn, al grote slagen te maken.”

Weerbarstige werkelijkheid
Maar tussen toekomstbeeld en werkelijkheid ligt nog een gapend gat, heeft de commissie inmiddels ondervonden. Jacques Bergman ondervindt het in de praktijk. Als hoofd van het slokdarmonderzoeksteam van het Amsterdam UMC dat endoscopische beeldvormingsstudies uitvoert met behulp van endoscopie met hoge resolutie, optische chromoscopie en volumetrische laser-endomicroscopie, ontwikkelt hij ook computerondersteunde detectiehulpmiddelen voor deze toepassingen, samen met mede-commissielid en aios Jeroen de Groof (ook werkzaam in het Amsterdam UMC).

“We zijn nu al anderhalf jaar bezig en mijn grootste frustratie is om het ICT-technisch in mijn ziekenhuis beschikbaar te krijgen. Wij zijn een van de grootste universitaire centra en hebben prachtige innovatieve tools die ook aantoonbaar onze bedrijfsvoering en onze kwaliteit zouden kunnen verbeteren. Maar zelfs dan heeft een ziekenhuis dat niet een, twee, drie aan de praat in de eigen ziekenhuisinformatieomgeving. Ik geloof dat wij in ons ziekenhuis iets van 1200 ICT-applicaties hebben, variërend van inkoop, salarisadministratie, maar ook labtechnische zaken, de manier waarop de samples worden geregistreerd, de manier waarop we onze verslaglegging en onze statusvoering doen, de manier waarop we in onze polikliniek afspraken maken.”

“Onze ICT-afdeling is ongeveer 94 procent van al hun resources – tijd en menskracht – alleen al kwijt om het schip drijvende te houden en te beschermen tegen alle dreigingen van buitenaf. Bovendien zitten wij nog in een afronding van een fusie, waarbij onder meer de salarisadministraties nog moeten fuseren en de manier waarop iedereen zijn nevenactiviteiten registreert. Onze ICT heeft daar zóveel tijd voor nodig dat ze voor alles wat er aan innovatie gebeurt – er worden een prachtige AI-tools ontwikkeld door allerlei verschillende specialismen in ons ziekenhuis – gewoon geen capaciteit hebben om die te implementeren. ICT in Nederlandse ziekenhuizen is extreem complex, dus dat is een enorme bottleneck voor de implementatieslag.”

Commissie Digitalisering
Ondertussen groeien de digitale mogelijkheden met de dag, op alle terreinen van een ziekenhuis. Hoog tijd dus voor de NVMDL om een Commissie Digitalisering op te richten die in de wirwar van mogelijkheden en implementatieproblemen een coördinerende rol op zich kan nemen, als vraagbaak kan dienen, best (en worst) practices verzamelt, contacten legt met softwareleveranciers en sturing en adviezen kan geven aan onder meer de wetenschappelijke vereniging.

Pauline Arends, MDL-arts in het Meander Ziekenhuis en voormalig voorzitter van de commissie: “In eerste instantie was de wens vanuit de NVMDL om deze commissie op te richten voor de contacten met de verschillende softwareleveranciers en om daarin wat sturing te geven. Want met wie ga je samenwerken? Maar onze focus is inmiddels verbreed.” Anne-Fré Swager: “Er gebeurt een heleboel op het vlak van digitalisering en innovatie op ziekenhuisniveau, maar het is nog niet gecentraliseerd. Nu kan het zijn dat een dokter in Assen en een dokter in Rotterdam dezelfde app aan het bouwen zijn, en daar allebei veel tijd aan kwijt zijn. We kunnen de krachten beter gaan bundelen.”

Govert Veldhuijzen: “Naast het delen van best practices zijn natuurlijk ook de worst practices leerzaam: waarom stoppen afdelingen weer met bepaalde implementaties? Tegen welke barrières liep je aan? Daarnaast proberen we het Not Invented Here syndroom – een verschijnsel binnen organisaties om uitstekende oplossingen te verwerpen, alleen omdat ze buiten de eigen organisatie (of afdeling) zijn ontwikkeld – te doorbreken. Ook als MDL-artsen met vragen zitten over AI en de implementatie ervan, kunnen ze bij ons terecht.”

“We willen onze collega’s daarnaast weerbaar maken richting partijen als raden van bestuur, inkopers en softwareleveranciers met goede voorbeelden, goede cases en goede argumentatie waarom bepaalde keuzes, voor software bijvoorbeeld, in ons vakgebied een bepaalde kant op moeten rollen. Ook hierin hebben we als commissie al enige kennis van zaken. Zo is commissielid Maartje Bartelink (MDL-arts in het Deventer Ziekenhuis) bijvoorbeeld actief in Healthcare Information eXchange (HiX)-werkgroepen. We onderzoeken ook de rol van wetenschappelijke verenigingen in al dit digitale geweld. Wat moet een wetenschappelijke vereniging bijvoorbeeld als eisen stellen aan apps en wat moet de vereniging vinden van bepaalde ontwikkelingen in het veld?”

Esmée Grobbee vult aan: “Data-gedreven zorg, inclusief generatieve modellen en AI, gaat een grote rol spelen binnen ons werkveld en doet dat in feite al, en de ontwikkelingen gaan heel snel. Het is dan cruciaal om als beroepsgroep niet aan de zijlijn te staan. Als commissie willen we actief betrokken zijn en ons verdiepen in deze thema’s.”

Govert Veldhuijzen: “De commissie bestaat in ieder geval uit een mooie afspiegeling van het werkveld: we komen uit verschillende regio’s en vormen een goeie mix van MDL-artsen uit academische en perifere ziekenhuizen. Alle commissieleden hebben ook (enige) ervaring met AI. Maar we zien onszelf vooral als een lerend organisme. Want we hebben allemaal een prachtig futuristisch toekomstperspectief, maar ik denk dat wij als commissie met onze poten in de modder staan. We willen vooral ook praktische handvatten geven aan MDL-artsen en -verpleegkundigen die zich bezighouden met digitalisering in hun eigen ziekenhuis.”

Speerpunten
Om ook als Digitaliseringscommissie niet te verdrinken in het veelzijdige veld van digitale mogelijkheden richt de commissie zich vooralsnog op drie hoofdthema’s. Jacques Bergman: “Ziekenhuizen, artsen en ook wij als commissie worden helemaal overweldigd door alle tools en ideeën die er zijn. Daarom zoeken we als commissie al anderhalf jaar naar ‘hoe houden we ons staande in de storm?’ Vandaar dat we speerpunten hebben geformuleerd. De rest doen we nu even niet.”

Pauline Arends: “Speerpunt één is het standaardiseren van data – hoe organiseer je bijvoorbeeld secundair gebruik van data, voor onderzoek of kwaliteitsverbetering en hoe verbeteren we de data-uitwisseling tussen verschillende EPD- of andere data- en softwaresystemen. Ons commissielid prof. dr. Marieke Pierik, MDL-arts in Maastricht UMC heeft daartoe een leerstoel gekregen aan de Universiteit van Maastricht.”

Esmée Grobbee licht toe: “Iedereen staat natuurlijk te trappelen om met AI, apps en data aan de slag te gaan, maar we moeten ons realiseren dat er nu nog sprake is van wat men noemt dataschuld. Onze data zijn namelijk nu nog niet geschikt om er kunstmatige intelligentie op los te laten. Onze gegevens bevatten nog verborgen gebreken, zijn vaak onvolledig, onnauwkeurig en niet gestandaardiseerd. Hoe geavanceerd modellen ook zijn: als de invoerdata van slechte kwaliteit zijn of als je er algoritmes op loslaat waarin een vooroordeel zit, dan krijg je onbetrouwbare resultaten. Er is dus belangrijk voorwerk nodig. Ik denk dat de commissie ook daarin een belangrijke rol kan spelen.”

Realtime verslaglegging
Het tweede speerpunt van de commissie is e-health telemonitoring. Paulien Arends: “Denk hierbij bijvoorbeeld aan MijnIBDcoach en het initiatief MijnLeverCoach waarmee Govert bezig is – hoe zorg je er bijvoorbeeld voor dat ziekenhuizen met verschillende informatiesystemen deze apps kunnen gebruiken. Ons derde speerpunt is digitale zorgprocessen in de endoscopiekamer, waarop Jacques zich toelegt.”

Jacques Bergman: “Realtime verslaglegging tijdens een scopie is laaghangend fruit. We zouden dat als vakgroep als eerste willen implementeren, omdat het de efficiëntie van onze scopieprogramma’s met 20 procent kan verhogen. Technisch is dat niet zo moeilijk; het zou er binnen anderhalf jaar kunnen zijn. Maar je bent afhankelijk van ICT-systemen binnen je ziekenhuis, die bovendien landelijk niet uniform zijn. Dus als je een selectie hebt gemaakt van handige tools, hoe krijg je die dan voor iedereen beschikbaar? Daarmee willen we ons als commissie bezighouden. In mijn ziekenhuis bijvoorbeeld is geen enkele ICT-capaciteit om innovaties te implementeren, terwijl een aantal niet-academische ziekenhuizen al het een en ander aan tools heeft geïmplementeerd. Ziekenhuizen die dezelfde ziekenhuissystemen hebben, zouden van die ervaringen kunnen profiteren.”

Naast de drie hoofdthema’s wil de Commissie Digitalisering zich buigen over thema’s als privacy, eigenaarschap (van data) en ethiek die onlosmakelijk zijn verbonden met de digitale trend. Govert Veldhuijzen: “De eigenaren van data zijn de zorgverleners zelf. Binnen je eigen ziekenhuis mag je altijd onderzoek doen met je eigen data, maar wil je onderzoek doen met de data van meerdere ziekenhuizen, dan moet je daarvoor iets verzinnen. Een goed voorbeeld is MijnIBDCoach. De organisatie achter deze app is Stichting mijnCOACH, die een grote groep ziekenhuizen faciliteert die deze app gebruiken en tweemaandelijks dergelijke onderzoeksvoorstellen in een Content Commissie bespreekt en al dan niet goedkeurt.”

Symposium
Op korte termijn wil de Commissie Digitalisering bekendheid genereren binnen de eigen beroepsgroep en contact zoeken met het veld. Daartoe organiseert zij onder meer een symposium tijdens het najaarscongres. Anne-Fré Swager: “Tijdens het symposium kunnen we onze achterban interactief informeren en spreken. We nodigen sprekers uit die de diverse aspecten belichten die we in dit rondetafelgesprek hebben benoemd en hopen ook meer input van de achterban te krijgen.”

Daarnaast is de commissie van plan een samenwerking met de Federatie Medisch Specialisten (FMS) te starten, die met soortgelijke ontwikkelingen bezig is, en liggen er plannen om met de innovatiemanagers en/of ICT-medewerkers van ziekenhuizen te sparren. Ook het inventariseren en verzamelen van best practices wordt langzaam opgestart. Pauline Arends: “Wat is er bijvoorbeeld al aan apps gebouwd in ziekenhuizen en welke oplossingen zijn er bedacht? Die willen we gaan verzamelen en verspreiden, zodat niet iedereen opnieuw het wiel hoeft uit te vinden.”

Jacques Bergman geeft een voorbeeld: “De grootste firma die zich bezighoudt met realtime verslaglegging en feedback tijdens een scopie is Olympus Internationaal. Dit bedrijf heeft wereldwijd een marktaandeel van 70 procent en werkt met drie ziekenhuizen in de wereld samen, waarvan wij er één zijn. Voor mijzelf is zo’n samenwerking zowel wetenschappelijk interessant als van belang voor de logistiek en innovatie binnen mijn afdeling. Met een marktaandeel van 70 procent, ook in Nederland, zouden de lessen die we hieruit leren ook ten goede kunnen komen aan andere ziekenhuizen in het land.”

Momentum
De timing lijkt juist. Esmée Grobbee: “Er is nu meer momentum dan er eerder was. Als we vijf jaar geleden hadden geroepen ‘we willen data science toepassen in ons werk’, dan was de helft meteen uit de kamer vertrokken. Nu dit onderwerp regelmatig in het nieuws komt en er steeds meer bekend wordt over wat je er allemaal mee kunt – denk aan Chat GPT – is het makkelijker om mensen enthousiast te krijgen.” De commissie is er in ieder geval van overtuigd dat er beloftevolle ontwikkelingen gaande zijn. “We staan aan het begin van iets moois”, zegt Govert Veldhuijzen.

Jacques Bergman: “Ik denk dat ons vak revolutionair gaat veranderen. We hebben nu nog moeite om door de bomen het bos te zien en innovaties te implementeren. Maar op elke vraag of iets handiger of beter kan, is het antwoord ‘ja’. Alles wat kennis en observatie vereist, kan een computer sneller en beter. Natuurlijk moeten we eerst door allerlei kinderziektes heen, maar alles wat ons nu frustreert, is in principe oplosbaar. In de afgelopen tien jaar zijn we vooral gefrustreerd geraakt door alle administratie en complexe ziekenhuisinformatiesystemen. Nu is de tijd aangebroken om te profiteren van wat de technologie ons biedt.”

 

NB: Dit verhaal is in opdracht geschreven, en gepubliceerd als thema-artikel in het tijdschrift MAGMA (Uitgave Nederlandse Vereniging van MDL-artsen), juni 2024 met als kop ‘Alles wat kennis en observatie vereist, kan een computer sneller en beter’. PS: Om het artikel ook online leesbaar te maken, heb ik meer witregels en tussenkoppen toegevoegd.

Beeld: gegenereerd door AI – DALL-E

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Geverifieerd door MonsterInsights