Tegenwoordig twitter ik. Dat is best heftig. Na twee maanden twoliners (een tweet bestaat uit max 140* tekens, ongeveer twee zinnen) over mijn gedachten en dagbesteding moet ik toch echt aan online reputatiemanagement gaan doen. Mijn tweetstream werkt als een spiegel.

Goedgemutst en succesvol, zo kan ik de Twitterfamilie wel omschrijven. Soms voel ik mij net Assepoester op het TwitterGala. Mini tussen de mega’s. Het gemankeerde zusje van de Twitterhunks. De uit de bocht gevlogen golfbal op een 18-holesterrein, waar Tiger Woods z’n punten staat te maken. Ik lees nou nooit eens in een tweet dat iemand de laan is uitgestuurd, het allemaal niet lukt of dat hij of zij door het leven hobbelt alsof de auto voortdurend op de handrem staat. Dan zou ik mijzelf daarin in ieder geval nog kunnen herkennen.

Online reputatie
In dagblad De Pers van 13 april 2010 wordt tot overmaat van ramp ook nog eens gewaarschuwd voor je online reputatie. In het artikel van Koster en Jojanneke (waarom nou niet Mark en Van den Berge) staat dat de Nederlanders zich meer bewust moeten zijn van ‘wat ze op internet knallen’ (citaat deskundige Remco Janssen). Je kunt dus niet meer doodleuk jezelf zijn op internet. Nee joh, dat is helemaal jaren zeventig! Tegenwoordig moet je ‘je content managen’ en je online reputatie beheren.

World Wide Web
Want voor je het in de smiezen hebt, gaan je tweets en online-gekeuvel een eigen leven leiden, liggen ze te sidderen in de online databanken of in een verborgen hoekje van het World Wide Web, popelend om op een onbewaakt ogenblik nét eventjes op te duiken als je er helemáál niet om hebt gevraagd. Zit je potentiële werk- of opdrachtgever in een verloren ogenblik op je naam te googelen, komt de hit naar boven dat een Schotse Hooglander (ik kom maar niet van dat trauma af!) z’n kopje in je buik heeft gedrukt en dat online hangjongere Sjaaltje 13 dat wijdt aan je maandelijkse periode. Daar zit je toch echt niet op te wachten.

Kekke avatar
Maar stel nou dat ik maatschappelijk een miep ben van dertien ongelukken. Stel. En dat ik nog niet in de verste verte aan die twaalf ambachten kan komen. Ik kan dan natuurlijk proberen dat imago nog een beetje op te leuken door een kekke avatar (foto of afbeelding die je identiteit weergeeft) op mijn twitter- en communitypagina’s te plakken, maar het blijft behelpen.

Volgers scoren
Toch is het eigenlijk heel eenvoudig: om mee te doen in de vaart der volkeren móet je twitteren, vrienden en volgers scoren, maar om je online reputatie te bewaken, kun je daar lekker keihard bij staan liegen.

*Sinds september 2017 is het maximum aantal tekens van een tweet verhoogd naar 280 tekens, ongeveer vier zinnen.

De opdracht:
Deze column schreef ik voor mijn eigen blog Moonblog (een blog over de openbare ruimte en het gedrag van mensen) op 14 april 2010. Met dit blog ben ik op 23 februari 2020 gestopt. 

Foto: door Designecologist via Pexels

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *